No. 74 11 April 1945 FRONTNIEUWS. WESTFRONT. Binnenland. Maandag hebben de Candeezen ten N.O. van Zwolle verbinding tot stand gebracht met de luchtlandingstroepen. Dinsdag werden verbindingen tot stand gebracht met nieuwe troepen ten N. van Coevorden in de omgeving van Westerbork. Deze troepen waren door de tactische lucht- macht van materiaal voorzien. Patrouilles hebben spoorlijn Meppel-Gronin- gen doorsneden. In W-Overijsel trekken de vijanden terug op de IJsellinie. Rijssen en Holten zijn bevrijd en ten N. van Nijverdal en Raalte werd de groote weg Almelo-Zwolle doorsneden. In Deventer wordt hevig gevochten. Bij Arnhem is nog steeds patroulleactiviteit. Hannover is door de Amerikanen veroverd. In de buitenwijken van Bremen wordt gevochten. De geall. ondervinden hier hevigen tegenstand, daar er eenheden van de 18e S.S.divisie "Horst Wessel" zijn ingezet. Geall. troepen zijn naar het N.W. opgerukt in de richting Oldenburg. enz. enz. LUCHTFRONT. De R.A.F. bombardeerde Zondagnacht Hamburg, Berlijn en Leipzig. Maandag vielen de Amer. Z.Duitschland aan vnl. vliegvelden bij München. Maandagnacht bombardeerde de R.A.F. Hamburg, Staden, Berlijn, Plauen. enz.enz. OOSTFRONT. Koningsbergen is veroverd. 48.000 gevangenen, zeer groote hoeveel- heden materieel. Er was voor maanden proviand en munitie, doch het is 48 uur na het begin van den aanval overgegeven. Weenen is vrijwel geheel om- singeld. De Russen hebben het centrum der stad veroverd. De troepen van maarschalk Tolboechin en maarschalk Malinofski zullen zich weldra vereeni- gen bij de arbeiderswijk Floritzdorff. In de binnenstad wordt weinig ge- bruik gemaakt van artillerie, teneinde de historische gebouwen niet te be- schadigen. Arbeiders en studenten verbroederen zich met de Russen. ITALIE. Het 8e leger is over een breed front tot den aanval overgegaan en is over de Senio. Het 5e leger in het W. is ondanks heftigen tegenstand eveneens opgerukt. DIVERSEN. Z.K.H. Prins Bernhard bezocht Zutphen. Doordat sommige bewoners voortijdig hun vlaggen hadden uitgestoken, hebben de Duitschers uit wraak het weeshuis in brand gestoken. Buiten Zutphen waait de nationale driekleur halfstok boven de graven der Ca- nadeezen, die hun leven lieten voor de bevrijding der stad.- De Britsche minister van Oorlog heeft in het Lagerhuis medegedeeld, dat de Duitschers gevangengenomen parachutisten hebben doodgeschoten. De Britsche regeering heeft in de krachtigste bewoordingen geprotesteerd.- Om de tanks zonder onderbreking voorwaarts te laten gaan, wordt er achter het front ontzettend hard gewerkt. In 10 dagen werd bij Wezel een spoorbrug met twee-richting-verkeer geslagen, welke 860 m. lang is. Aan weerszijden der brug werkten 3000 man in drie ploegen. -Volgens gemeenschappelijk commu- niqué van Pres.Roosevelt en Min.Churchill is in Maart een grooter aantal duikbooten ingezet, doch de resultaten waren geringer dan in Februari; de duikbooten leden zeer zware verliezen.- Door de verovering van Danzig is een duikbootcentrum onschadelijk gemaakt. Negentien Deensche sleepbooten en 2 vrachtschepen zijn met hun bemanning naar Z.Zweden gevlucht op advies van het geall. opperbevel, nu de afsnijding van Denemarken te verwachten is. -o- -2- VLIEGENDE VRACHTEN. In het algemeen als menschen over luchtverkeer praten, denken zij slechts aan het vervoer van passagiers en post; aan het vervoer van vrachtgoederen door de lucht wordt slechts zelden gedacht. Volkomen logisch, want, tot nu toe was er nauwelijks sprake van luchtvrachtvervoer. De KLM had weliswaar een Douglas DC.2 ingericht als vrachtkist en onderhield hierbij een dienst tusschen Londen en Amsterdam, nadat eerst een Engelsche maatschappij een jaar lang deze dienst had onderhouden met Curtiss "Condor" vliegtuigen en er waren ook wel andere luchtverkeersmaatschappijen, die iets in die rich- ting deden, doch een werkelijk en regelmatig vervoer van vrachten van be- teekenis per vliegtuig kwam, in Europa tenminste, feitelijk niet voor. An- ders was de situatie in gebieden, waar goede wegen en spoorwegverbindingen ontbraken of zeer zeldzaam waren, zooals bijv. in het Noordelijk deel van Canada, in Midden-Amerika, op Nieuw-Guinea; hier heeft het speciale vracht- vliegtuig reeds zeer spoedig uitkomst gebracht en hier kon het ook gebeu- ren, dat mijnen, houthakkerskampen en andere industrieële ondernemingen na- genoeg geheel afhankelijk waren van het vliegtuig voor aan- en afvoer. Ook deed zich hier het, voor ons merkwaardige, verschijnsel voor, dat het ver- voer per vliegtuig niet alleen sneller, doch vooral goedkooper was dan het vervoer over land met hondenslee of pakezel.- Een dergelijke toestand is echter min of meel abnormaal en komt dan ook in slechts een klein deel van de bewoonde wereld voor. Normaal is, dat men de beschikking heeft over een wegennet, over behoorlijke spoorwegverbindingen en over de mogelijkheid om goederen per schip aan te voeren. Deze manieren van transport, hoewel niet bijzonder snel, hebben het voordeel goedkoop te zijn, iets, wat van het luchttransport in het verleden niet kon worden ge- zegd. Vandaar, dat slechts zeer speciale goederen, zooals goud, kostbare schilderijen, films, modellen der groote modehuizen, enz. voor het vervoer per vliegtuig in aanmerking konden komen.- Intusschen mag worden verwacht, dat na het beëindigen van dezen oorlog het luchtvrachtverkeer een goede toekomst tegemoet gaat. Ten eerste, een groot deel van Europa bevindt zich, als een gevolg van dezen oorlog, min of meer in de omstandigheden van noordelijk Canada; het wegennet is voor een groot deel onbruikbaar door de afwezigheid van bruggen, afgezien nog van de afwezig- heid van een voldoend aantal automobielen, de spoorwegen zijn grootendeels vernield en er is een enorm gebrek aan spoorwegmaterieel, terwijl de havens eveneens in vele gevallen grondig zijn verwoest en wij te kampen hebben met een groot tekort aan scheepsruimte. Ten tweede, de geallieerden speciaal hebben in sterke mate gebruik gemaakt van motorlooze, gesleepte vliegtui- gen voor het vervoer van manschappen en materieel en deze wijze van ver- voer is belangrijk goedkooper dan de tot nu toe gevolgde manier, waarbij de goederen in het ruim van het motorvliegtuig zelf werden gelaten. Het is nu eenmaal een feit, dat men meer kan trekken dan dragen en een motorvlieg- tuig zal dan ook als trekker meer vracht kunnen vervoeren, geborgen in een of meer gesleepte, motorlooze vliegtuigen, dan wanneer de vracht in zijn ruimen zou worden geborgen.- Aan de hand van een eenvoudige berekening, die ik U echter zal sparen, blijkt, dat een viermotorig vliegtuig van het type Boeing "Flying Fortress" vliegende met de meest economische snelheid van 336 km/u, in staat is om drie sleepvliegtuigen te trekken, welke elk een nuttige lading van 2175 kg kunnen bergen, en zelf bovendien nog een lading van 1400 kg zou kunnen mee- nemen, zoodat in totaal een lading van 7900 kg zou kunnen worden vervoerd, een en ander over de afstand Newfoundland-Ierland (ca.3500 km), die dus in rond 10 1/2 uur zou worden afgelegd. Voor dit traject is aan benzine en olie een gewicht van 9200 kg noodig, terwijl gerekend is met een bemanning van vier koppen voor den trekker en een van twee koppen voor elk der sleep- vliegtuigen. Over kortere trajecten kan natuurlijk met belangrijk minder brandstof en olie worden volstaan en kan het gewicht van de door den trek- ker te vervoeren vracht worden opgevoerd. Eventueel zouden de drie sleep- vliegtuigen nog kunnen worden vervangen door één groot sleepvliegtuig met een laadcapaciteit van 6500 kg, hetgeen de start aanmerkelijk zou vereen- voudigen en bovendien een besparing op de totaal bemanning van vier koppen zou geven. Bij het gebruik van het motorvliegtuig als vrachtvliegtuig zal -3- het benzineverbruik over dit traject 6100 kg bedragen en het olieverbruik 500 kg, zoodat in dit geval een nuttige lading van 4000 kg zou kunnen wor- den vervoerd, ofwel ongeveer de helft der lading, die de trekker plus die sleepvliegtuigen tegen slechts zeer weinig hoogere kosten kunnen vervoeren. M.a.w., het gebruik van gesleepte, motorlooze vrachtvliegtuigen brengt een aanmerkelijke besparing van kosten, waardoor de prijzen, welke voor lucht- vracht moeten worden berekend, minder groote verschillen met die der scheeps- vrachten, enz. zullen toonen, waarbij nog het onschatbare voordeel komt van een veel en veel snellere overtocht.- Wat die gesleepte vrachtvliegtuigen betreft, alhoewel men hiervoor de eerste tijd de overbodig geworden militaire motorlooze vliegtuigen zal gebruiken, het is toch waarschijnlijk, dat een speciaal type zal worden ontwikkeld. Ge- dacht wordt bijv. aan een toestel, waarvan het middendeel van de romp de vorm heeft van een groote cylinder, terwijl staartvlakken, vleugel, onder- stel en rompneus gemakkelijk demonteerbaar, resp monteerbaar zijn. De cy- lindervormige "pakkist" kan dan per spoor of andere gelegenheid naar de plaats van bestemming worden vervoerd om aldaar te worden gelost, resp. kan in een fabriek of magazijn, ver van een luchthaven gelegen, worden geladen en over den weg naar het vliegveld worden gebracht, waar de vleugel, staart- vlakken, enz. weer worden gemonteerd.- Het gesleepte, motorlooze vrachtvliegtuig zal vooral in aanmerking komen voor de groote afstand, zooals de transoceanische routes. Voor de kleinere afstanden, in West Europa bijv., zal men in vele gevallen kunnen volstaan met een motorvliegtuig, dat speciaal is ontworpen voor het vervoer van vrachten, of een dergelijke machine dan de vorm zal krijgen van de Messer- schmitt "Gigant", waarvoor de Duitschers indertijd zoo'n propaganda maakten en, welke machine volgens hen 't hèt van 't je was, is de vraag. Deze kist had een romp met een laadruim, dat qua afmetingen en laadvermogen gelijk was aan een 10-tons spoorwegwagon en het gevolg was een zeer-plomp en lang- zaam vliegtuig, weliswaar in staat groote hoeveelheden goederen te vervoeren, doch waarschijnlijk weinig economisch als gevolg van de te lage snelheid. Vermoedelijk zullen wij dan ook wel wat meer elegante toestellen krijgen, sneller en meer geschikt voor de handelsluchtvaart.- Uit den vorigen oorlog werd het luchtverkeer geboren, uit dezen oorlog zal ongetwijfeld het luchtvrachtverkeer voortkomen in een vorm, die het moge- lijk zal maken om ook minder kostbare goederen tegen redelijke prijzen door de lucht te vervoeren in directe concurrentie met auto, spoor en schip.- -o- HET KABINET. Minister president Prof.Gerbrandy heeft voor de radio mededeeling gedaan van de aanvullende benoemingen, welke hebben plaats gevonden en waardoor het aantal ministers bijna compleet is. Onder de nieuw benoemden valt ons in het bijzonder de naam van Prof.de Quay op, een der leiders der vroegere Unie. Wij herinneren ons, dat het driemanschap destijds de neiging aan den dag legde om de Duitsche hegemonie over het vasteland van Europa zooal niet rechtens, dan toch feitelijk te erkennen en dienovereenkomstig te streven naar heroriënteering der Nederlandsche politiek. In hoeverre Prof.de Quay deze opvatting deelde, valt niet te beoordeelen; ook is het in het geheel niet uitgesloten, dat hij in den loop der jaren zijn inzichten heeft her- zien, zoo hij althans destijds bedoelde opvattingen koesterde, wat wij niet kunnen beoordeelen. Wij kunnen hem echter anderszijds niet losmaken uit het Driemanschap en deszelfs politieke inzichten. De minister president heeft geenerlei nadere motiveering gegeven van de benoeming van dezen bewindsman, noch van die der anderen, zoodat wij in het duister tasten in dit opzicht, zoowel als ten aanzien van de vragen, welke wij voorlegden bij de herziening van het kabinet, toen bleek, dat er geen enkele socialist benoemd was, terwijl eveneens over Mr.van Heuven Goedhart het zwijgen bewaard werd. Laten wij hopen, dat t.z.t. de premier alsnog de redenen zal bloot leggen, welke hem tot de huidige samenstelling der regeering noopten. -o- -4- HET WESTEN. Uit het feit, dat de vijandelijke troepen in het Westen van ons land niet tijdig vertrokken zijn, wordt hier en daar geconcludeerd, dat zij besloten zijn deze gebieden tot het uiterste te verdedigen. Deze conclusie is willekeurig. Immers, er zijn hier vele Duitschers, die niets liever doen dan hier blijven, niet vechten en zich overgeven, zoo- dra de geallieerden verschijnen. Ons land was steeds een geliefkoosde verblijfplaats voor lieden, die zich aan den frontdienst wilden onttrek- ken. Uit de ontstellend hooge aantallen krijgsgevangenen blijkt trouwens voldoende, dat de bereidheid om verzet te plegen tot het bitter einde bij het grootste deel van het leger niet te vinden is. Hardnekkig zijn slechts de fanatieke, jonge, goed afgerichte troepen, bezeten nationaal-socialisten, die niets anders in hun hoofd hebben dan Goebbels en Hitlerphrasen. Zutphen heeft ze meegemaakt; vier dagen heb- ben zij het er uitgehouden : opleidingstroepen der pararachutisten. Hoeveel troepen hier nog zijn? Radio Oranje sprak van 60.000, waarvan 20.000 geoefenden. Of deze getallen juist zijn, is niet uit in maken. Toen het Ruhrgebied was afgesloten, meldde Londen, dat er daar 25 à 30 duizend Duitschers bevonden; later bleken het er meer dan 100.000 te zijn. Wij hebben niet den indruk, dat hier enorme troepen contingenten aanwezig zijn, omdat wij daarvan toch wel iets zouden moeten bespeuren. Anderzijds staat vast, dat er gepoogd is zooveel mogelijk troepen uit ons land naar Duitschland weg te voeren; er zijn minstens 1500 auto's vernield op de wegen naar het Oosten door de geall. luchtmacht. Er valt dus slechts te concludeeren, dat er diverse stroomingen werkzaam zijn; dat er goede en slechte troepen aanwezig zijn, oorlogsmoede en resten van de fanatieke kern; dat wij niet weten hoe groot het aantal in ons land is; en tenslotte dat wij ons niet moeten prijsgeven aan on- rustbarende speculaties omtrent wat er te gebeuren staat. Een ding is zeker: de bezetting snelt haar einde tegemoet. Wat wij nog te verduren krijgen door rechtstreeks oorlogsgeweld, is niet te voorzien, maar is in elk geval te prefereeren boven het vijandelijk schrikbewind. De verdediging van Amsterdam schijnt zich te zullen beperken tot de twee bekende punten: rondom het oude ijsclubterrein achter het Rijksmu- seum en rondom het Koloniaal Instituut. Maar mogelijkerwijze komt ook daar niets van, aangezien de Duitschers elken dag ongeveer van plan ver- anderen - er is altijd weer een andere instantie, die het beter weet - en zij bovendien nergens (ook hier niet) het initiatief in handen heb- ben. Zij moeten afwachten wat maarschalk Montgomery beslist. Laten wij dat ook doen, rustig, nuchter, als goede Nederlanders. -o- HOE DE DUITSCHE SOLDAAT THUIS VECHT. Een oorlogscorrespondent vertelt, dat de snelle opmarsch in Duitschland o.a. mogelijk is, doordat de infanterie op de tanks meerijdt. Soms stuit men op een troep soldaten en wordt er van Duitsche zijde geschoten. Geven de tanks vuur, dan verschijnt gemeenlijk binnen enkele oogenblikken de witte vlag aan Duitsche zijde. Eenigszins anders is het verloop, wanneer de tanks aan opleidingskampen komen; hier is dan ernstiger ver- zet en moet meestal de artillerie naar voren. Maar ook in deze gevallen duurt het nooit lang. Zoodra het verzet gebroken is, klimmen de infan- teristen weer op de tanks en gaat het verder. Ofschoon de correspondent erover zwijgt, is de situatie natuurlijk weer anders wanneer keurtroepen (S.S.) ontmoet worden. Deze trekken trouwens niet verspreid en in groepjes terug; zij blijven bijeen, besloten om tot het uiterste te vechten, want zij hebben niets meer te winnen en dus blijft hun niets anders over dan door te vechten, wat zij te gereeder doen, omdat hun blinde haat tot kookwoede is opgezweept nu zij zien, dat hun wereld aan haar einde gekomen is. Telkens weer heeft het O.K.W. ge- tracht de S.S. ten koste van de gewone soldaten uit bedreigde of ineen- stortende posities te redden en meestal is dit gelukt. Op deze laatste resten van de Waffen S.S. steunen thans O.K.W.* en regeering om den totaal verloren oorlog zoolang mogelijk te rekken, tot zelfs in de berg- vesting der Oostenrijksche Alpen. Het is echter de vraag of dit laatste gelukt. -o- * Oberkommando der Wehrmacht.