Website
inform.


4de Jaargang No.1                    1 April 1939

PRIJS 10 CENTS

REDACTIE: MR. DRS. A. BÖRGER


EXTRA-NUMMER

DUITSCHLAND
IN  STAAT VAN
O N T B I N D I N G

* * *

Cultuur Maandblad voor Politiek, Psychologie, Philosophie ORGAAN VAN DEN STUDIEKRING VOOR WIJSBEGEERTE UITG. W. L. SALM & Co. AMSTERDAM Redactie: Mr.Drs.A.Börger, Geuzenstraat 34 Amsterdam Giro rekeningen van den Studiekring: Gem.-giro S8600 - Postgiro 42603 Giro rekening van W.L.Salm &Co: Postgiro 247718 Abonn. fl.1.80 p.j. fl.0.90 p.halfj. Losse nummers. 15 cent
L.S.

Wij meenen er goed aan te doen den vierden jaargang van ons blad te beginnen met een extra-nummer, niet zoozeer omdat een nieuwe jaargang aanvangt, als wel omdat wij ernaar streven onzen lezers zooveel mogelijk inzicht te geven in de werkelijke situatie en in het wezen en karakter van het alle cultuur bedreigende totalitairisme.
Wie voor de vrijheid en de gerechtigheid op de bres staat, moet de vijanden van vrijheid en gerechtigheid kennen, moet weten zoowel wie zij zijn, als wat zij zijn. Zonder deze wetenschap is geen werkelijke bestrijding mogelijk. Het totalitairisme is een vergiftiging der geesten en slechts te bestrijden met de wapenen van den geest.


1

26/27 Maart 1939.
"Een driewerf meineedige verrader" noemt Duff Cooper Hitler en het Britsche Lagerhuis stemde hiermede in, hetgeen blijkt uit het feit, dat de speaker van het Huis niet hamerde en ook niemand protesteerde.
Wij hebben altijd gezegd, dat Hitler handelt volgens het beginsel, dat overeenkomsten gesloten worden met het doel het tegengestelde te bereiken van wat er in wordt vastgesteld.
Alle regeeringen breken haar woord, als het gewenscht is; zij noemen dit dan bittere noodzaak en of deze aanwezig is, bepalen zij zelf. Maar de niet-totalitairen hebben de woordbreuk niet tot principe verheven; de totalitairen daarentegen wel; deze laatsten gebruiken de principieele woordbreuk als strijdmiddel. Dit vloeit vanzelf voort uit het nazisme, omdat dit een geperverteerdheid is.
Onder geperverteerdheid verstaan wij datgene, wat het tegengestelde schijnt van wat het is.
Dat het nazisme een geperverteerdheid is, willen wij nader aantoonen. Het nazisme is de "theorie", waarin de Duitsche "staat" wortelt. Maar het nazisme is geen theorie.
Het liberalisme (politiek en economisch) is een theorie, want een wetenschappelijk geheel; zijn grondleggers: Voltaire, Adam Smith, de Encyclopaedisten e.a. waren belangrijke wetenschappelijke denkers op sociologisch gebied.
Hetzelfde geldt van het Marxisme, welks grondleggers: Marx en Engels eveneens tot de groote wetenschapsmannen gerekend moeten worden.
Marx' visie op de samenleving is niet minder dan geniaal te noemen, al zijn wij het in vele opzichten allerminst met hem eens, evenmin trouwens als met de overige genoemde denkers.
Maar hun werk is daarom niet minder wetenschappelijk.
Het nazisme echter is heidensche onzin; omdat het uitgaat van het irrationeele, de instincten, dus van het chaotische (het christendom gaat uit van de Logos, de Rede) en omdat het gepraat over Ariërs, rassen, bloed- en bodemverbondenheid enz. elk spoor van wetenschappelijkheid mist.
Het is dan ook erg genoeg, dat in de Nederlandsche pers termen als "niet- ariër" als aanduiding voor bijv. Jood gebruikt worden, aangezien hierdoor het woord "Ariër" gepropageerd wordt; er wordt al onzin genoeg geschreven; dergelijke woorden dienen door toevoeging van het woord "zoogenaamd" of door ze tusschen aanhalingsteekens te plaatsen als valsch te worden gequalificeerd. Aangezien het nazisme heidensche onzin is, is het principieel onzedelijk; echter moet het dan ook als practijk onzedelijk zijn en principieel met onzedelijke middelen werken, wat het ook doet.
Daarom is het geperverteerdheid, want het werkt met de v o r m e n der zedelijke middelen.
Nazistische eerewoorden, trouwbeloften, garantie van grenzen enz., zijn dus woorden van eerloosheid, beloften van ontrouw, verzekeringen van grensschendingen enz.
Dr. Brugman schreef in "Het Volk", dat het nazisme op wetenschappelijke wijze de wetenschap vernietigt, onwetenschappelijkheid propageert.
Wij geven er de voorkeur aan te zeggen, dat het nazisme alles, ook de wetenschap, perverteert. Het nazisme gebruikt alleen den wetenschappelijken vorm, maar de inhoud is onzin en dus is de nazi-wetenschap geperverteerde wetenschap.
En thans de nazistische "staat".
Een staat is een rechtsordening waarin en waardoor de leden der samenleving tot vrijheid komen.

2

Het nazisme ontkent principieel de vrijheid der individuen en huldigt bovendien den regel: recht is wat ons baat" een regel, welke het recht ontkent, daarentegen de willekeur uitspreekt.
De Duitsche "staat" is slechts in schijn een staat, maar in werkelijkheid een geperverteerdheid, Hitler is dan ook geen staatshoofd, zooals volkomen ten onrechte ook in ons land gezegd wordt en het is een absurditeit, dat hier menschen vervolgd worden wegens beleediging van het "staatshoofd" Hitler. Hitler is aanvoerder der nazi's ; als zoodanig is zelfs zijn titel "Führer" eigenlijk niet juist, want een aanvoerder is niet hetzelfde als een leider; en als hij zich "Führer des Deutschen Volkes" noemt, is dit geheel onjuist. De N.S.D.A.P. is een straf gedisciplineerde horde, maar niet een werkelijk georganiseerde groep, omdat in een organisatie het principe der wederkeerigheid heersch" zoowel tusschen de leiders (niet: aanvoerders) en de volgelingen als tusschen de volgelingen onderling; en dit principe ontbreekt geheel in de N.S.D.A.P., waarin blinde gehoorzaamheid geëischt wordt.
Aangezien het Duitsche volk in zijn meerderheid niet nazistisch is, is de titel "Führer des Deutschen Volkes" een leugen. De meerderheid van het volk wordt getyranniseerd (gekoloniseerd) door de nazihorde.
Het was dan ook principieel onmogelijk voor Chamberlain om door middel van Hitler tot overeenstemming te komen tusschen het Duitsche en het Engelsche volk.
Tusschen beiden staan de nazi's.
Eveneens is het principieel fout van de regeeringen, dat zij onderhandelen met de z.g. naziregeering, welke geen regeering is, maar een geperverteerdheid. De regeeringen dienen in te zien, dat zij - onderhandelende met de naziregeering - te doen hebben met menschen, die een naar den chaos strevende horde vertegenwoordigen; die dus in principe van geen enkele ordening willen weten; dit niet kunnen willen, omdat zij innerlijk de chaos zijn. Het eenige wat men kan doen is: vragen wat Hitler wenscht; daarbij in acht nemende, dat hij telkens wanneer hij het woord ordening gebruikt, wanorde, ordeverstoring bedoelt.

Aangezien Duitschland opgehouden heeft een staat te zijn, heeft het geen grenzen meer; vandaar dat het land steeds verder uit zijn vroegere grenzen vloeit.
In dit verband willen wij Hitlers titel: "Mehrer des Reiches", welke de Duitsche bladen hem geven, nader beschouwen.
Aanvankelijk vermeerderde Hitler het grondbezit uit hoofde van het z.g. volksche beginsel en voorzoverre hij zoo doende de dwaasheden van het verdrag van Versailles ophief, was er iets voor te zeggen, al was de wijze waarop hij zulks deed kenmerkend voor de geperverteerdheid van het nazisme. Thans echter gaat hij verder.
Voorzooverre hij uit het "volksche" beginsel handelde, waren zijn daden niet eigenlijk imperialistisch. Nu echter handelt hij uit het principe der Duitsche Lebensraum en dus zegt men, is hij thans wel imperialistisch geworden. Al is dit juist, toch moet men hierbij het onderscheid in het oog houden tusschen bijv. het Engelsche en Nederlandsche imperialisme eenerzijds en het Duitsche anderzijds.
De beide eerstgenoemde staten veroverden vreemde gebieden uit winstbejag ; zij consolideerden den staat en exploiteerden de gekoloniseerden ter vermeerdering van de welvaart van het eigen volk.
De nazi's echter koloniseeren om te beginnen het eigen volk en streven er verder naar zooveel mogelijk andere volkeren te koloniseeren echter

3

vanzelfsprekend niet ter vermeerdering van de volkswelvaart, omdat het nazisme het eigen volk verarmt, moet verarmen.
Het moet dit doen, omdat het een geperverteerdheid is en naar den chaos streeft; welvaart vereischt organische ordening; hoe meer de samenleving een organisme wordt, dus het voornoemde principe der wederkeerigheid verwerkelijkt, des te grooter de welvaart.
Het vraagstuk van het socialisme is niet anders dan het vraagstuk van het verwerkelijken van een democratisch organisme, waarbij wij onder democratie verstaan niet het stelsel van q u a n t i t a t i e v e beslissingen (meerderheidsheidsbesluiten) maar der z e d e l j k e beslissingen, dat zijn die beslissingen welke de vrijheid der individuen, de gerechtigheid verwerkelijken. Vrij is de mensch slechts voorzooverre hij zich niet laat beheerschen door zijn zinlijkheid, dus niet streeft naar macht over anderen of over dingen, ten eigen bate (machts- en bezitshonger).
Vrij is de mensch slechts voorzooverre hij streeft naar zedelijke zelfverwezenlijking; voorzooverre hij zich laat leiden door zijn begeerten, is hij onvrij, onzedelijk.
Wie rijk wil zijn, anderen wil uitbuiten, zijn zin wil hebben ten koste van anderen, is onzedelijk.
Het nazisme is in strijd met de zedelijkheid en de vrijheid.
Het is daarom ook principieel in strijd met het welvaartprincipe.
Ook het kapitalisme kan geen volkswelvaart brengen, omdat en voorzooverre het het beginsel der wederkeerigheid slechts gebrekkig toepast en de menschen aan hun lot overlaat, de uitbuiting sanctioneert.
Het nazisme laat de menschen niet aan hun lot over; het bemoeit zich onafgebroken ermede; maar het ontkent principieel het stelsel der wederkerigheid en zoodoende is het lot der nazi-hoorigen zeer beklagenswaardig.

Voor de goede orde merken wij hierbij op, dat onder volkswelvaart niet slechts economische welvaart verstaan moet worden, maar in de eerste plaats zedelijke welvaart en wel het genot van het zedelijke goed der vrijheid, waardoor en waaruit opbloeien kunsten, wetenschappen en dus ook economische welvaart (wat niet identiek is met rijkdom) omdat alleen dan, wanneer het economisch leven wetenschappelijk georganiseerd is vanuit het beginsel der wederkeerigheid de samenleving ook economisch welvarend is.

Alle imperialisme is onzedelijk; maar terwijl het Nederlandsche en Engelsche imperialisme voortvloeit uit winstbejag, vloeit het nazi-imperialisme voort uit de innerlijke behoefte anderen te onderwerpen uit machtsbegeerte, uit lust om de vrijheid te vernietigen.
Zoo is dan het nazisme ook te begrijpen als politiek sadisme.
Alles wat in de bladen alzoo berekend wordt omtrent de voor- en nadeelen, welke voor de nazi's voortvloeien uit een of ander verovering, kan gelaten worden voor wat het is: een rekensommetje.
Hoezeer Hitler het "rijk" vermeerdert, hij kan toch niet anders dan de welvaart verminderen.
Mehrer des Reichs - Mehrer der Armut.

Den laatsten tijd spreekt men in Duitschland over imperium Germanicum, een onzinnige benaming, want zooiets heeft nooit bestaan. Waarschijnlijk bedoelt men daarmede het heilige roomsche rijk van Duitsche natie; dit rijk heeft inderdaad bestaan, maar hing als los zand aan elkaar en te constateeren valt, dat het huidige Duitschland steeds meer op een los samenhangend conglomeraat gaat gelijken, meer naarmate het verder buiten zijn oorspronkelijke grenzen vloeit. Hitler daarentegen beweert - en hij gelooft het ook zeker, want hij begrijpt niets - dat hij het rijk tot een eenheid smeedt.

4

WANNEER EN WAARDOOR KOMT EEN VOLK TOT EENHEID ?
Het nazisme zegt, dat het volk door bloed- en bodemverbondenheid een eenheid is en dat men het slechts besef van zijn "ras" behoeft bij te brengen en daarbij te zuiveren van "rasvreemde" elementen om het van deze eenheid bewust te maken.
Nu is het Duitsche volk geen ras; het is een variant van het blanke ras, Maar ook als zoodanig is er nog geen eenheid, wat weinig toelichting behoeft, wanneer wij herinneren aan de versplintering in staten en staatjes en aan de tallooze oorlogen, welke het blanke ras onderling gevoerd heeft.
En wat de Germanen betreft - deze hebben nooit iets anders gedaan, dan onderling vechten en krakeelen. Duitschland was van oudsher de verdeeldheid zelve.
Evenmin als ras, is een volk een eenheid uitsluitend tengevolge van de "bloed- en bodemverbondenheid" - een quasi-mystische term, welke beter vervangen kan worden door vaderlandsliefde.
De natuurlijke werkelijkheid heeft den vorm der veelheid en dus die van het gescheiden zijn, van de verdeeldheid; alleen in den geest wordt de eenheid bereikt, d.w.z. naarmate een volk geestelijk op hooger niveau komt, komt het meer tot eenheid.
Dit op hooger niveau komen is de ontwikkeling der cultuur.
En alleen cultureel komt een volk tot eenheid, meer naarmate alle leden meer deel hebben aan de cultuur.
De eigen cultuur d.w.z. het nationale is het element, waarin de eenheid bereikt wordt.
Nu wordt er tegenwoordig veel gepraat over nationaal en nationalisme, maar dit is een formeel gedoe waaraan de cultureele inhoud ontbreekt.
Het N.J.V., de N.S.B. en dergl. zijn niet cultureel, integendeel.
Het N.J.V. is een chauvinistische beweging, welke beoogt de instincten der jeugd te prikkelen, ze op te zweepen tot bereidheid om "voor het vaderland te sterven", een vrij aftandsch ideaal, aangezien het vaderland tegenwoordig alleen een middel is om de soldaten psychisch te binden, terwijl zij inmiddels vechten voor een doelstelling welke het vaderland verre te buiten gaat.
Nazi's, fascisten en dergl. vechten voor de triomph van het irrationeele, hetwelk zij verheerlijken als het hoogte menschelijke; de tegenstanders daarentegen eischen de heerschappij van het rationeele; zij wenschen, dat de wereld denkend zal geordend worden en al denken zij gebrekkig, zoodat zij van de ordening niet veel terecht brengen, toch toonen zij daardoor een vermoeden te hebben van de waarheid, n.l. dat de Rede ten troon dient te zitten.
Een gevolg van dit gebrekkig denken is verder, dat zij bereid zijn terwille van hun opvatting over te gaan tot het irrationeele : totalen oorlog en militair totalitairisme.
Nu moet men niet zeggen, dat Hitler daarvan de oorzaak is; Hitler is evenzeer een gevolg van de onwil der anderen om het irrationeele middel - oorlog - prijs te geven. Alle ontwapenings-conferenties zijn volkomen mislukt toen Duitschland ontwapend was.

Hitler verheerlijkt principieel het irrationeele; hij steunt niet op een geestelijke elite, maar op het geestelijk crapule, zooals hij in "Mein Kampf" duidelijk zegt te willen.
Zijn "revolutie" heeft dan ook in werkelijkheid de samenleving ondersteboven gekeerd in dien zin, dat het intellect en de kunstenaars onder kwamen te liggen en daar vermorzeld worden, het nationale vermoord is. Wie den oorlog wil, wil hem dit kunststukje nadoen, want dit is voorwaarde om den totalen oorlog te kunnen voeren.

5

In ons land streeft het N.J.V. er naar om de jeugd hiertoe rijp te maken en het staat in zijn streven niet alleen.
De N.S.B. is een imitatie van Duitsche cultuurvijandigheid en dus in dubbel opzicht antinationaal ; zij dient dan ook uit den staat geweerd te worden, omdat zij den staat wil vernietigen.
Onze huidige regeering echter is niet van totalitaire smetten vrij, zij het dan Dat haar totalitairisme ligt op kerkelijk gebied ; maar het kerkelijke is in ons land al te zeer versmolten met het politieke.
De mate waarin de leden der samenleving deel hebben aan de cultuur van hun land, bepaalt de mate van eenheidsbesef ; maar wie begrijpt, blijft niet staan bij de eigen cultuur, maar begrijpt deze als moment van het geheel : de cultuur der menschheid.
Vaderlandsliefde is nog niet veel zaaks, want zij is instinctief, wortelt in het natuurlijke en is dus in den grond der zaak agressief en derhalve op verdeeldheid gericht, op agressieve afweer van het vreemde.
Een gevoelsmatige natuurlijke binding is van het een op het ander over te dragen, waarbij dan het ander verkozen wordt boven het een, zooals een mensch zijn verliefdheid kan overdragen ; vandaar dat kinderen van immigranten hun nieuwe vaderland, waar zij geboren zijn, maar waarmede zij geen "bloed- en bodemgebondenheid" hebben, liever hebben dan het oude.
De z.g. vaderlandsliefde van talrijke in het buitenland vertoevende Duitschers is niet anders dan partijkiezen voor de pincipieele verheerlijkers van het irrationalisme ; nazisme en fascisme zijn bij uitstek geschikt voor lakeien, die last hebben van grootheidswaan (een lakeienkwaal) en vrijwel geen hersens bezitten (een kwaal, die niet tot de lakeien beperkt is). Het rasinstinct kan een volk nooit verder brengen dan tot horde-eenheid, de natuurlijke "eenheid", welke geen eenheid is, maar versplintering.
Aangezien Hitler de Duitsche cultuur vernietigd heeft, heeft hij de eenheid van het Duitsche volk vernietigd en dus ook den Duitschen staat, want de staat behoort tot de spheer der cultuur. Zoodoende roept hij in centraal-Europa den chaos op en streeft ernaar dezen in geheel Europa te verwerkelijken - maar hij weet het niet.


HET OPNEMEN VAN VREEMDE VOLKSGROEPEN IN HET RIJK.
De verovering van Tjecho-Slovakije was een verzaking van het "rassenbeginsel" en is daarom te beschouwen als het begin van het einde van Hitler-Duitschland.
Dit vereischt toelichting.
Hitler heeft altijd verkondigd, dat hij alle Duitschers in één verband wilde vereenigen. Door er thans vreemdelingen in op te nemen vernietigt hij zelf de eenheid, welke hij zegt na te steven en die overigens slechts formeel was. Dat hij door ijzeren tucht, concentratiekampen, spionnage en intimidatie het Duitsche volk in toom houdt en ook die vreemdelingen, wier land hij inpalmt, wil nog niet zeggen, dat er een eenheid is of ontstaat. Integendeel : al die

6

maatregelen zijn het bewijs ervoor, dat hij alles moet doen om het volk bijeen te houden.
Een vrij volk heeft al dergelijke maatregelen niet noodig. Hoe meer de vrijheid beperkt wordt, des te minder de eenheid ; in Hitler-Duitschland is de cultuur en dus de vrijheid principieel afgeschaft, vandaar de barbaarsche middelen ; in ons land is zulks niet het geval, maar de toenemende dwangmaatregelen tegen andersdenkenden bewijzen, dat ook ten onzent de eenheid zwakker wordt. De smalle basis van de huidige regeering in ons land en het feit, dat uiterst onverdraagzame politieke partijen het heft in handen hebben, is in dit opzicht van belang.
De nazistische eenheid is de schijn-eenheid van het ras ; zelfs deze vernietigt Hitler thans door zijn nieuwe politiek, waardoor hij bovendien de explosiemogelijkheden binnen het rijk grooter maakt doordat de overwonnen volkeren den Duitschers vijandig gezind zijn en hij dus de vijanden binnen het uiteenvallende rijk haalt.


DE ONDERMIJNING VAN HET MOREEL DER DUITSCHERS.
De wijze waarop de nazi's de orde handhaven en waarop zij te keer gaan tegen de zwakken (zooals de Joden) vereischt een hordementaliteit, welke zich kenmerkt als lafheid.
Welke moed is ervoor noodig om een kleine groep Joden systematisch uit te plunderen en te mishandelen, wanneer dit geschiedt door sterk bewapende benden?
Welke werkelijke man leent zich daartoe ; en welke werkelijke vrouw walgt niet van de creaturen, die zooiets doen ?
In Duitschland echter zijn er duizenden, die dit werk gaarne verrichten : nazi's. En niet alleen t.a.v. de Joden.
Terwijl eenerzijds het volk voortdurend bang en murw gemaakt wordt, gedwongen wordt om verraad te plegen en sympathie te huichelen, zoeken anderzijds moorddadige benden lafaards naar gelegenheden om hun moordinstincten af te reageeren. Zij worden niet opgevoed tot mensch ; integendeel : zij worden gebruikt om het zelfrespect en alle fierheid in hun "volksgenooten" te breken.
En als nieuw gebied bezet is, stroomt achter de troepen onmiddellijk de Gestapo het veroverde gebied binnen om hetzelfde ideaal te verwezenlijken als van nazi-Duitschland : laffe wraakzucht koelen en lafaards kweeken. Zoo wordt het volk ontwricht en geraakt het moreel in staat van ontbinding, evenals het in politiek, economisch en cultureel opzicht in staat van ontbinding is.
In dezen tijd, waarin de menigte allerwegen neiging vertoont om terug te vallen op haar instincten, werkt het Duitsche voorbeeld en de propaganda voor het Duitsche nazisme, welke in alle landen door de inheemsche nazi's gevoerd wordt, funest.
Toch moet men het nazisme niet zien als een specifiek Duitsch verschijnsel. Het is in aanleg in alle landen aanwezig en wel als

7

HET MODERNE MILITAIRISME.

Dit bereidt den totalen oorlog voor d.w.z. den oorlog tegen het geheele als vijand bestempelde volk, burgers zoowel als militairen ; het valt niet slechts troepen en vestingen aan, maar ook open plaatsen, omdat alles als militair object beschouwd wordt en het middel der terrorisatie een der meest geliefkoosde is sinds den oorlog van 1914. De terreur is in de mode ; reeds in den oorlog paste men dit middel toe - zij het nog spaarzaam ; maar in de oorlogen in Abesynië, Spanje en China is het op grooten schaal toegepast en men kan er van verzekerd zijn, dat het bij elk gewapend conflict onmiddellijk in werking zal treden.
Ook het militairisme ontkomt niet aan het opzij schuiven van alle spelregels, aan het barbaarscher worden der samenleving. Reeds in den wereldoorlog schoot men de krijgsgevangenen bij duizenden dood en eveneens de gewonden, als dit "noodig" geoordeeld werd.
Dit is vanzelfsprekend, omdat in den modernen oorlog elk spoor van menschelijke waardigheid in den soldaat moet worden uitgeroeid, en hij gebroken moet worden door discipline, dril en angst. Het moderne militairisme werkt met leugen, laster, terreur, met de meest infame middelen, dus juist met die, waardoor ook het nazisme zich kenmerkt.
Duitschland was voor 1914 het best voorbereid op den oorlog ; ook thans bereidt het zich voor en wel op den modernen oorlog.
Deze voorbereiding is het nazisme.
Ook de aan het nazisme inhaerente lafheid doet mede in het moderne militairisme.
Men kan toch kwalijk Vittorio Mussolini en zijn collega's helden noemen, omdat zij Abessijnsche dorpen vanuit hun vliegtuigen met brandbommen en mosterdgas hebben overstrooid.
En men zal toch evenmin den Nederlandschen of onverschillig welken vliegenier een held kunnen noemen, die in een open stad babies in een wieg vermoordt, zooals het reeds gebeurt.
"Ridderorden" voor dergelijke onridderlijkheid verleend, veranderen hieraan niets.

De Duitscher doet nu eenmaal alles grondig ; zoo is ook het nazisme te begrijpen als de grondige voorbereiding voor den modernen oorlog. Wie het nazisme bestrijdt, moet dus ook het militairisme bestrijden
. Zeker is er verschil tusschen den soldaat in den oorlog en den nazi; deze laatste weet zich veilig als hij moordt ; hij doet het immers op aanwijzing en onder bescherming der overheid, die bovendien alleen maar weerlooze slachtoffers aanwijst.
Dit laatste doet het nazisme trouwens ook internationaal. Het tracht het kleine volk, dat als slachtoffer is uitgekozen, van binnen uit te corrumpeeren, zoodat het zijn moreele weerstandskracht verliest ; daarna werpt het nazisme zich met overmacht van wapenen op den ontredderden tegenstander en spreekt daarbij luide van heldenmoed. De nazi's schuwen het gevaar en vermijden het.

8

Anders is het met den soldaat ; deze kan het gevaar niet ontloopen ; maar dit neemt niet weg, dat het element lafheid in het moderne militairisme een grooten rol speelt.
De verwoesting van Guernica door Duitsche vliegtuigen was een daad van lafheid, een daad - niet slechts van het Duitsche - maar van het moderne militairisme. En deze daad staat niet alleen en is een symptoom.

CONCLUSIE.
Het nazisme perverteert de samenleving, handhaaft alleen vormen, welke niet anders zijn dan leege schijn.
Door het vervloeiingsproces waaraan Duitschland is onderworpen, leidt het ertoe dat vreemde volkeren in het Duitsche worden opgenomen, zoodat het Duitsche element verwaterd wordt.
Dit vervloeiingsproces verloopt langs den weg van den minsten weerstand, daar de geperverteerdheid van het nazisme met zich brengt, dat het slechts den schijn van de moed vertoont, maar werkelijken moed mist. Het is daarom ook vanzelfsprekend, dat het als vorm voor zijn geweldpleging gebruikt den vorm der vrije rechtshandeling, voortvloeiende uit het zelfbeschikkingsrecht - dat het dit recht dus perverteert.
Dit alles kan het slechts doen tegenover staten, die innerlijk verdeeld zijn En dus zwak. Wanneer het terrein rondom Duitschland is afgegraasd zal Hitler komen te staan tegenover de groote mogendheden, zooals thans met Mussolini reeds het geval is.
Zijn angst voor de groote mogendheden geeft Hitler den vorm van vredelievendheid, maar hieraan gelooft langzamerhand niemand meer, zelfs niet Chamberlain.
Mocht het tot een oorlog komen tusschen de grooten, dan zal dus datgene gebeuren, wat Hitler niet wil, want hij wil geen echten oorlog - uit angst. Hij wil slechts dien oorlog, waarin niet geschoten wordt.
De angst leidt ertoe, dat de dictatoren steeds meer wapenen willen ; zij Zijn bang voor het wapengeweld der groote tegenstanders.
Mussolini's parool : "Meer kanonnen, meer schepen, meer vliegtuigen, ook al zou met heel het burgerlijk leven schoon schip gemaakt moeten worden" spreekt in dit opzicht voor zichzelf, maar bevestigt tevens wat we schreven over den innerlijken drang van het fascisme en nazisme tot vernietiging der welvaart : alle cultuur wordt vernietigd en het volksvermogen omgezet in wapentuig.

Ook de democratieën zijn bang, maar om andere redenen. Hoofdzaak voor dezen is geldverdienen en bezitshandhaving. Het machtstreven in de democratische staten is geabstraheerd tot streven naar geldmacht ; in de totalitaire landen is het rechtlijnig gericht op physieke geweldpleging. De angst der democratieën is daarom in hoofdzaak angst voor de verliezen aan rijkdom, welke een oorlog met zich brengt, terwijl de angst aan het fascisme en nazisme inhaerent is.
Aangezien de democratieën zich slechts secundair bekommeren om recht, primair om belangen, hebben zij er vrede mede, dat Hitler het recht schendt,

9

mits hij hun belangen maar niet noemenswaardig aantast. Vandaar dat wij na de Septembercrisis schreven, dat Hitler een vrijbrief had gekregen van Chamberlain om in den nieuwen Balkan (tusschen den Rijn en Rusland) te doen wat hem beliefde.
Chamberlains verontwaardiging over Hitlers woordbreuk is dan ook uitsluitend gevolg van het feit, dat hij nu vreest, dat Hitler-Duitschland ook over den Rijn zal vervloeien : gevaar voor Engelsche belangen. Engeland wil, dat Hitler zijn woord zal houden t.a.v. het Westen ; thans begint het zeer specifieke karakter van Hitlers eerewoord zelfs tot de Engelsche regeerders door te dringen.

De bewapeningswedloop beteekent, dat het ontbindingsproces, hetwelk in Duitschland in vollen gang is, zich meer en meer uitbreidt over geheel Europa. Europa heeft Duitschland en Italië niet buitengesloten, kan dat niet, omdat het zaken wil doen en geld verdienen, waarbij de democratieën de foutieve veronderstelling maken, dat de anderen dat ook willen, dat het ook den anderen ten doen is om geldverdienen.
Zoodoende echter halen de democratieën de ontbinding binnen eigen huis, moeten zij meer en meer hun volkeren dienstbaar maken aan het groote doel : gereed te zijn om den modernen oorlog te voeren - de vrijheid op te heffen teneinde het heilige bezit te verdedigen, dat zij zoo mateloos wisten te vermeerderen bij de vredesverdragen, toen de overwinnaars de overwonnenen uitschudden en wurgden.
De bewapeningswedloop is niet eerst sinds de laatste jaren aan den gang. Aanvankelijk trachtten de overwinnaars dezen wedloop op een koopje te winnen door de overwonnenen te gelasten zich niet te bewapenen ; maar hun practijken leverden ons : Hitler, crisis, werkloosheid, verarming, haat en verbittering en tenslotte een verandering in den wedloop, waardoor deze tot krankzinnigheid is opgevoerd; verder leverden zij ons een Duitschland in staat van ontbinding en daarmede het overige Europa in denzelfden staat, zij het in minder vergevorderd stadium.

Duitschland vervloeit buiten zijn grenzen ; dit proces beheerscht noch Hitler, noch iemand anders ; gevolg is, dat Duitschland voortdurend met oorlog dreigt om zich heen, welke dreiging allerwege in oorlog kan omslaan.
En verder beteekent het, dat het rijk begint ineen te storten, dat de thans latente burgeroorlog realiteit zal worden, want onbetwistbaar is, dat Duitschland ondanks alles is het land der dichters en denkers, dat dit zijn diepste wezen is en dat het in den grond niet nazistisch is, zoodat Hitler zelf de ontkenning van het nazisme oproept, moet oproepen.
Alles brengt zijn eigen negatie aan zich mede, ook de zinlooze verheerlijking van geweld en lafheid.
Als nazisme, fascisme en totale oorlog is het geweld op den spits gedreven, het geweld, dat Europa altijd gebruikt heeft om de macht te vestigen tegen alle recht en menschelijkheid in. Oorlog en burgeroorlog waren rond door Europa - ontbinding en verarming : het bankroet van het geweldsprincipe in Europa en de mogelijkheid eener nieuwe cultuur, die zal blijken te zijn de oude - die van het humanisme, van de liefdevolle redelijkheid.

10

STUDIEKRING VOOR WIJSBEGEERTE.
Stichting tot bevordering van het wijsgeerig denken.
Amsterdam-W., Geuzenstraat 34.

L.S.
Het doel der Stichting is de bevordering van het wijsgeerig denken onder hen, die geen wetenschappelijke opleiding genoten hebben.
Teneinde dit doel te bereiken organiseert zij cursussen zoowel over wijsbegeerte, als over kunst en letteren, terwijl tevens van tijd tot tijd afzonderlijke lezingen gehouden worden, waar ook niet-donateurs toegang hebben. De cursussen zijn in principe slechts toegankelijk voor donateurs.
Cursussen zoowel als afzonderlijke lezingen zijn strikt wetenschappelijk, maar tevens begrijpelijk voor ieder, die zich de noodzakelijke denkinspanning getroosten wil.
Zoodoende beoogt de Stichting een kern te vormen voor hen, die in deze verwarde tijden die volstrekte zekerheid willen verwerven, welke slechts de Rede geven kan.
Donateurs betalen per jaar minimaal fl 3. -, waarvoor zij tevens het maandblad "Cultuur" kosteloos ontvangen.
Voor alle inlichtingen wende men zich tot het secretariaat.

"CULTUUR".
Maandblad onder redactie van Mr. Drs. A. Börger (3e jaargang) staat in dienst van den strijd voor de vrijheid, boven elke politieke richting uit. Het veroordeelt elk streven om eenige aileenzaligmakende leer aan andersdenkenden op te dwingen.
Het veroordeelt elke geestelijke en lichamelijke uitbuiting.
Het verstaat onder gewetensvrijheid niet slechts geloofsvrijheid maar ook vrijheid van het denken.
Het beoogt het verantwoordelijkheidsbesef aan te kweeken, door zelfstandig denken en zelfstandig oordeelen te bevorderen.
Het verschijnt slechts eenmaal per maand en hoewel de quantiteit dus beperkt is en weinig tijd opeischt, schenkt de inhoud een groote gedachtenrijkdom. De abonnemensprijs is laag en bedraagt slechts fl 1.80 p. jaar.

Vaste rubrieken zijn :
Wereldgebeuren; Ideeën van A. Börger; Op- en aanmerkingen; Wegwijzer in de litteratuur (boekbesprekingen), alsmede 'n lijst van de belangrijkste boeken in de voorafgaande maand verschenen.
Afwisselend : Psychologische brieven. Beschouwingen over kunst. Belangrijke cultureele vraagstukken.

Abonneert U op "Cultuur". Proefnummers gratis en franco op aanvrage.
Administratie, Nes 53, Amsterdam-Centrum.
Postgiro 247718.

11
- - -